rimiron.pages.dev


Herman heinsbroek– wirtschaft, kabinett balkenende i, 2002

Het kabinet-Balkenende I was het Nederlandse kabinet van 22 juli tot 27 mei Het kabinet-Balkenende I was een meerderheidskabinet dat zowel in de Eerste Kamer als Tweede Kamer kon rekenen op een ruime meerderheid, ondanks dat de LPF niet vertegenwoordigd was in de Eerste Kamer. Het kabinet trad aan in een politiek en maatschappelijk woelige periode.

Mede als gevolg van deze moord werd veiligheid een belangrijk thema van het kabinet, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken Rob Hessing werd daarom belast met de portefeuilles openbare orde en veiligheid. Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie Hilbrand Nawijn hanteerde vervolgens een streng asiel- en integratiebeleid.

By October , the bickering between two senior LPF ministers, Eduard Bomhoff and Herman Heinsbroek, triggered the break-up of the governmental coalition.

De verminderde economische situatie beperkte de ruimte voor investeringen in zorg en onderwijs. De periode daarna kenmerkte zich door onrust binnen de LPF. De moord op Pim Fortuyn liet de partij zonder krachtig leiderschap en in de daaropvolgende maanden liepen interne conflicten tussen verschillende LPF-prominenten hoog op.

Interim-partijvoorzitter Ed Maas probeerde het partijbestuur en de landelijke organisatie op orde te krijgen. Intussen leidde vrijwel elke confrontatie van LPF-bewindslieden en Tweede Kamerleden met de pers tot opmerkelijk nieuws. De aanhoudende interne conflicten leidden vervolgens tot een machtsstrijd tussen het partijbestuur, de Tweede Kamerfractie en de bewindslieden in het kabinet, waarna het kabinet uiteindelijk viel.

Tijdens de demissionaire periode had het kabinet steun aan de invasie van Irak verleend.

Minister für Wirtschaft, Herman Heinsbroek (LPF) bis Oktober Hans Hoogervorst (VVD) ab Oktober , Joop Wijn (CDA).

Dit is opmerkelijk, omdat er normaal gesproken tijdens een demissionaire periode geen politiek gevoelige beslissingen worden genomen. Het kabinet-Balkenende II besloot vervolgens om alleen politieke, maar geen militaire steun te geven. Haar ontslag werd door Koningin Beatrix officieel verleend op 24 juli